De Groevenbeekse
Heide, ruim 93 ha groot, is rijk aan grafheuvels. Deze
grafheuvels zijn uit de periode van 3400- 2850 v. Chr., de
Trechterbekercultuur. Er is een urnenveld uit de late
bronstijd - begin ijzertijd. De doden werden verbrand en
in een aardewerken urn begraven.
Midden op en aan
de zuidelijke rand van de heide zijn vennen. Langs de rand
van de heide is al duidelijk zichtbaar dat men ernaar
streeft om de overgang heide naar bos van een struiklaag
te voorzien, waardoor het geheel een meer natuurlijk
aanzicht krijgt. Ondanks de grote drukte weet zich een
kleine populatie heidekikker, zadelsprinkhaan en
zandhagedis op deze heide te handhaven.
Vennen
Op de hogere
zandgronden ligt het grondwater erg diep, tot wel 40
meter. In de bodem zitten vaak waterondoorlaatbare lagen.
Het regenwater kan hierdoor niet of nauwelijks wegzakken.
Boven zo’n ondoorlaatbare laag ontstaat dan een meertje
of ven. Tijdens een lange droge periode kunnen deze vennen
droog komen te staan. Ook op de Groevenbeekse Heide waren
vroeger veel vennen aanwezig. De ondoorlaatbare laag is
soms erg dun en kan gemakkelijk kapot gestoten worden. Bij
veel vennen is deze laag, al dan niet bewust, kapotgemaakt
waardoor het ven leegliep. Op de Groevenbeekse Heide zijn
nu twee (herstelde) vennen die weer water hebben. De bodem
van deze vennen is echter erg kwetsbaar. Rondom de vennen
staat vaak een andere vegetatie dan op de heide zelf. In
1992 is op initiatief van en gefinancierd door Drukkerij
Bolhuis te Ermelo het verwaarloosde ven midden op de heide
gerenoveerd. In 2007 zijn de twee vennen schoongemaakt en
van een nieuw raster te voorzien. Rondom de vennen is de
heide afgeplagd.
onderhoud vennen in 2007
Urnenveld
Sinds 1000 v.
Chr. kreeg op de zandgronden een nieuwe traditie de
overhand: doden niet meer begraven in grafheuvels, maar
cremeren. In het begin begroef men de urnen met de as en
botresten van de overledene nog in (familie-) grafheuvels,
later in urnenvelden en nog later elke urn apart. Op de
Groevenbeekse Heide is een urnenveld met honderden
grafheuveltjes. Het is een van de meest uitgestrekte en
complete urnenvelden van Nederland. Er liggen hier zo’n
vierhonderd van die grafheuveltjes die elk crematieresten
in een urn bevatten. Deze urnenvelden (kleine verhogingen
in het landschap) zijn echter alleen met het blote oog te
zien als de begroeiing weg zou zijn. De urnenvelden kenden
hun hoogtepunt – voor zover we daar van kunnen spreken
– tijdens de IJzertijd. Urnenvelden waren vaak enkele
eeuwen in gebruik. Uit deze gebruiksduur en het aantal
aanwezige urnen kan worden afgeleid dat ze door hooguit
enkele gezinnen gebruikt werden. We hebben dus met een
soort familiebegraafplaatsen te maken.