Ermelo kent drie grote heideterreinen.
- Groevenbeekse Heide
- Ermelosche Heide
- Houtdorper- en Speulderveld
Een heideterrein op de Veluwe is eigenlijk een cultuurlandschap.
Zonder ingrijpen van de mens zouden deze terreinen hier niet zo
zijn ontstaan. Duizend jaar waren de heidevelden de basis voor
een landbouwsysteem: de potstalmethode. Men hield schapen op de
heide om 's avond in de schaapskooi de schapenmest op te vangen.
Deze mest werd over de akkertjes verspreid. In het begin van de
20e eeuw kwam onder meer door gebruik van kunstmest een einde
aan dit landbouwsysteem. De heidevelden verdwenen. Om een
heideveld te behouden moet er actief beheerd worden. Men kan
werken met schapen (Ermelosche Heide) of runderen (Houtdorper- en
Speulderveld). Mechanisch beheer is het terrein regelmatig,
maaien, plaggen of chopperen. Het karakter van deze drie
heidevelden is verschillend. De Groevenbeekse Heide is een droog
heidegebied met intensieve betreding. Hierdoor is de diversiteit
in planten en dieren niet zo groot. Er zijn hier nog twee kleine
vennetjes aanwezig. De Ermelosche Heide en een deel van het
Houtdorper- en Speulderveld is een droog heide gebied met veel
kenmerkende organismen. Een deel van het laatste heideterrein,
bij Speuld, is vrij nat. Hier komen ook soorten voor die elders
op de heideterreinen niet te vinden zijn, zoals zonnedauw en
klokjesgentiaan.
Een indruk van de flora en fauna is hieronder weergegeven. Deze
lijst is zeker niet volledig, maar er is gelet op de kenmerkende
soorten. Naast de heidesoorten; komen op deze terreinen veel
grassen voor. Kenmerkend zijn het pijpenstrootje en bochtige
smele.
Flora:
Lijsterbes, eik, berk, sporkenhout, (vlieg)den, spar,
stuikheide, dopheide, kraaiheide, bochtige smele,
pijpenstrootje, brem, kamperfoelie, tormentil, zandblauwtje,
walstro, zilverschoon, grasklokje, biggenkruid, kamperfoelie,
duivelsnaaigaren, hengel, zonnedauw, klokjesgentiaan,
honingklaver, moeraswolfsklauw, bosbes, vossebes, havikskruiden,
biezen, zeggensoorten, russoorten, grassoorten en mossoorten.
Fauna:
Konijn, ree, vos, das, nachtzwaluw, leeuwerik, gras- en
boompieper, tapuit, fitis, tjiftjaf, roodborst, sijs, putter,
sperwer en slechtvalk.
Ook komen reptielen en amfibieƫn voor zoals zandhagedis,
levendbarende hagedis, hazelworm, ringslang, adder, gladde slang
en heidekikker. Insecten en andere dieren zijn ook waar te nemen
zoals veel keversoorten (o.a.loopkevers), mierenleeuw; ( bij
vennen) libellensoorten, vlindersoorten (o.a. heidevlinder en
blauwtjes), sluipwespen, heidehaantje, mierensoorten.
Mocht u aanvullingen/verbeteringen hebben? Mail
het ons. |